de Nieuwe Leerling deel 10

Gepubliceerd op 28 mei 2020 om 21:51

                                                   10.

 

   

De weken vlogen voorbij. Belle had haar draai aardig gevonden op Zweinstein en kwam tot de conclusie dat het best meeviel op school. Ze had een leuke vriendschap opgebouwd met Rosalie en ook met Liam had ze het gezellig. Ze blonk uit in Verweer tegen de zwarte kunsten, waar ze vooral verbaasd was over haar behendigheid met de toverstok van haar tante. 

Tijdens de momenten met Liam in de bibliotheek was ze achter een hoop informatie over haar vaders familie gekomen. Ze kwam er achter dat de van Detta’s een zeer oude en rijke familie was. Dat de familie een kluis vol schatten had in de Goudgrijp bank. Belle was alleen niet geïnteresseerd in goud en rijkdom. Toen Liam die informatie oplas werd zij daar dan ook niet warm of koud van. Wel werd haar interesse gewekt toen Liam in de boeken vond waar haar achternaam van afgeleid was. 

“van Detta” bleek een afleiding te zijn van het woord Vendetta, wat een ander woord is voor Bloedwraak. ‘Heftig!’ had Liam geroepen. ‘Dat is even een andere betekenis dan mijn achternaam.’ had hij met bewondering gezegd. Belle had er de kriebels van gekregen. ‘Kijk, hier staat nog iets.’ Liam had het boek omgedraaid naar Belle en was naast haar gaan zitten. ‘Vendetta is afgeleid van het woord bloedwraak. Al generaties lang wordt er door de familie van Detta gezegd dat de vergelijking met de Vindicta geen toeval is,’ Liam had opgekeken naar Belle en gevraagd of zij iets wist over de Vindicta. Belle had zich erg opgelaten gevoeld door deze plotselinge vraag. Ze wist wat de Vindicta was - wat deze machtige toverstok kon. Gelukkig had Liam nauwelijks gereageerd op haar zwijgen en was enthousiast weer verder gaan lezen. ‘Volgens de familie behoort deze toverstok toe aan de van Detta’s.’ 

Belle was nieuwsgierig geworden en was op onderzoek uitgegaan. Wie kon er meer van de geschiedenis weten dan de Professor van geschiedenis zelf? Daarom was Belle naar Professor Kist gegaan en had daar een erg lang en saai verhaal aangehoord. Ondanks dat de Professor vaak in slaap was gevallen, was ze wel wat wijzer geworden. De Vindicta bleek een eeuwenoude toverstok te zijn. De stok was inderdaad - zoals in het boek had gestaan - generaties lang in het bezit geweest van een van Detta. Tot deze in de eerste tovenaarsoorlog verdween. Professor Kist wist te vertellen dat al tientallen jaren werd gezocht naar de stok, maar de vondst alleen bij geruchten was gebleven. ‘Dat is maar goed ook!’ had hij het gesprek mee beëindigd. Toch bleef het aan Belle knagen - die stok kon toch niet zomaar weg zijn?  

Op een vroege zaterdagmorgen had ze zichzelf dan ook voorgenomen om eens bij de vriendelijk mevrouw van de Olivander winkel langs te gaan. Zij was tenslotte een expert in toverstokken en wist vast meer te vertellen over de Vindicta.

 

Het fijnste van wakker worden op Zweinstein in het weekend - was de rust. Zoveel leerlingen waren er niet en hierdoor kon Belle ongestoord en op haar gemak wakker worden. Rosalie was ook bij haar ouders - dat scheelde een hoop geklets op de vroege morgen. Vanavond was het grote voorjaarsbal en een hoop meiden uit haar groep waren daar al heel de week opgewonden over. Wat een gedoe voor een jurk. Belle moest er nog niet aan denken om vanavond in een jurk te moeten dus trok ze voor nu een vaalblauwe spijkerbroek uit de kast en een zwart t- shirt van de Rockband “Weird Sisters”. De basketbal sneakers maakte de look compleet. Haar gitzwarte haar bond ze in een paardenstaart. Ze keek nog even wat langer naar haar gezicht in de spiegel. Haar smaragdgroene ogen kleurde perfect bij haar afdeling. ‘De kleur van Zwadderich,’ mompelde ze tegen zichzelf. Ze pakte haar tas en gooide de deur met een vaart achter zich dicht. 

 

Het was een prachtige zonnige dag en dat was te merken op de Wegisweg. Belle beende zich een weg tussen al het winkelend publiek. De zon scheen in haar gezicht en ze moest haar ogen dichtknijpen om goed te kunnen zien waar ze was. Uiteindelijk zag ze de winkel liggen. Ze duwde de voordeur open en het belletje - als signaal dat er iemand binnenkwam - klonk door de winkel heen.

In de winkel was het stil - wat best een groot verschil was met de drukte op straat. ‘Goedemorgen?’ riep ze. Achter een kast met veel stoffige dozen stak het vriendelijke gezicht van Peggy. ‘Goedemorgen!’ verwelkomde ze Belle.

Peggy stapte de ladder - waar ze opstond - af en klopte de stofdoek die ze in haar handen had uit. ‘Voorjaarskriebels hè - dan wil ik altijd gaan schoonmaken,’ zei ze lachend.

‘Mevrouw van Detta, wat leuk om je weer te zien! Hoe gaat het met je?’ vroeg ze.

‘Goed! Ik heb de toverstok helemaal onder controle,’ antwoordde Belle enthousiast. ‘School is leerzaam. Alhoewel ik soms nog wel wat extra vragen heb die lastig te vinden zijn binnen Zweinstein.’ Ze keek Peggy met een vragende blik aan. ‘Is dat zo?’ vroeg Peggy nieuwsgierig. ‘Zeker, daarom ben ik vandaag hier - ik hoopte dat u mij misschien ergens mee kon helpen?’ vroeg ze. ‘Meid, dat vind ik hartstikke gezellig - zal ik wat te drinken pakken? Dan kan je me daarna vertellen wat ik voor je kan betekenen.’ zei Peggy en liep naar achteren. 

‘O, maar ik wil u niet teveel van uw werk houden hoor,’ riep Belle haar achterna. ‘Ben je mal! Van al dat schoonmaken krijg ik zelf ook dorst - tijd voor pauze,’ riep ze terug.

Belle keek rond terwijl ze stond te wachten. De winkel was smal en hoog. Grote kasten die vol stonden met dozen reikte tot aan het plafond. Midden in de winkel stond een toonbank met wat boeken erop gestapeld. Belle hoorde gestommel van achteren komen en zag dat Peggy weer terugkwam lopen met een dienblad. 

Op het dienblad stonden twee grote glazen met siroop - naast de glazen stond een bakje vol met smekkies. ‘Ik heb er wat lekkers bij gedaan,’ zei Peggy en zette het dienblad op de toonbank. ‘Tenminste -’ ging ze verder ‘Ik hoop dat ze lekker zijn - m’n zoon wilt er nog wel eens vieze tussen stoppen.’ Peggy trok er ook een vies gezicht bij. Belle pakte een glas met siroop en nam een slok. ‘Bedankt,’ zei ze vriendelijk. ‘Vertel - wat wilde je me vragen?’ vroeg Peggy en knikte naar Belle dat ze plaats kon nemen op de stoel achter haar. Belle liep met haar glas naar de tafel met stoelen die in de hoek van de winkel stonden opgesteld. Achter haar aan liep Peggy met het dienblad en nam zelf ook plaats. ‘Het zit zo -’ begon Belle. ‘Ik heb wat informatie opgezocht over mijn familie. Tijdens het zoeken stuitte ik op een link tussen mijn familie en de Vindicta.’ Belle stopte even en wachtte de reactie van Peggy af. ‘De Vindicta? Wat wil je daarover weten?’ vroeg Peggy wat gereserveerd. ‘Ik vroeg me af of u enig idee heeft wat er met de toverstok is gebeurd?’ vroeg Belle inmiddels wat aarzelend door de houding van Peggy. ‘Waarom zou je denken dat ik daar iets van weet?’ vroeg Peggy en leek afgeleid door iets buiten. ‘U bent hier de specialist,’ probeerde Belle met een grappige ondertoon. Peggy bleef even stil en pakte een smekkie. Ze stopte deze in haar mond en trok meteen een zuur gezicht. ‘O, Liam!’ riep ze wat geërgerd. ‘Liam?’ vroeg Belle nieuwsgierig. ‘Ja! Die vervelende zoon van mij met zijn grappen altijd,’ zei ze terwijl ze de smekkie uitspuugde in een zakdoek die ze uit haar broekzak haalde. ‘Sorry, ik wist niet dat uw zoon Liam heette,’ zei Belle verrast. ‘Niet?’ zei Peggy verbaasd. ‘Liam Hall - jullie kunnen het goed vinden samen heb ik begrepen.’ Peggy nam een grote slok siroop om de vieze smaak weg te spoelen. ‘Ja, dat klopt inderdaad. Hij heeft alleen nooit over u gesproken,’ antwoordde Belle.

Peggy keek weer op naar buiten. ‘Alle Perkamentussen bij elkaar! Ik dacht al dat ik ze zojuist zag - daar zal je ze net hebben!’ Peggy wees naar buiten. Belle draaide zich om en voelde haar gezicht kleuren. De deur van de winkel vloog open en samen met Jacky, stapte Liam binnen. ‘Hoi mam!’ zei hij en keek daarna verbaasd naar Belle. ‘Belle? Huh, wat doe jij hier?’ vroeg hij en liep lachend naar haar toe. ‘Ja Belle - wat doe jij nou hier?’ vroeg Jacky met een bitse ondertoon. 

Belle stond wat verlegen op en groette de tweeling. ‘Ik wilde net gaan,’ zei ze terwijl ze haar tas pakte. ‘Niet zo snel - je hoeft niet gelijk weg,’ reageerde Peggy verbaasd. ‘Maakt niet uit, ik moet nog andere dingen doen vandaag.’ Belle maakte aanstalten om weg te lopen toen Liam haar tegenhield. ‘Je hoeft niet weg voor ons - ga zitten. Waar hadden jullie het over?’ vroeg hij nieuwsgierig. ‘Mevrouw van Detta had wat vragen voor mij,’ antwoordde Peggy voor haar. ‘Belle - noem me maar gewoon Belle. Ik had inderdaad wat vragen, maar het heeft geen haast.’ ze wurmde zich langs Liam en liep naar de uitgang. ‘Maar ik heb helemaal nog geen antwoord kunnen geven op je vragen over de Vindicta!’ riep Peggy haar toe. Belle voelde het bloed uit haar gezicht wegtrekken en keek naar haar hand die aan de deuropening geklemd zat. ‘Geeft niet - bedankt voor uw tijd mevrouw - tot ziens!’ Snel trok ze deur open en liep de winkel uit. 

 

‘Zie je nou wel!’ dacht Jacky toen ze Belle in alle haast zag vertrekken. ‘Ze kwam hier natuurlijk om rond te zoeken! Gelukkig maar dat ik haar voor ben geweest.’ Jacky dacht aan de toverstok die zij inmiddels goed verstopt had op de slaapzaal. Ze ging op dezelfde stoel zitten als waar Belle had gezeten en keek haar nog even na vanuit het raam. ‘Vanavond Belle van Detta, vanavond ontmasker ik jou!’ Jacky grijnsde bij die gedachte en pakte een smekkie van tafel. ‘Gatver! Oorsmeer smaak!’

 

 

- De Personages in mijn verhaal zijn fictief.

Mijn verhaal en haar spelers komen voort uit de fantasie in mijn hoofd en spelen af in het Universum van J.K. Rowling. 

Pure fanfictie. 

Bedankt voor het lezen lieve allemaal. 

 

Liefs Suus


Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.

Maak jouw eigen website met JouwWeb