
12.
Jacky had zich de halve avond zitten ergeren aan Rick. Hij had totaal geen interesse getoond en was voornamelijk bezig geweest met andere meisjes. Normaal gesproken had ze zo snel mogelijk weer terug gegaan naar de slaapzaal, maar dit keer stond er nog iets veel belangrijkers dan Rick op de planning - tante Emma!
Het was bijna tien uur, Jacky glipte terug naar de slaapzaal om de Vindicta te gaan halen. Ze had bij haar jurk de perfecte tas gevonden waar de toverstok in paste. Ze stopte deze snel in haar tas en maakte haast weer terug naar beneden. ‘Waarvoor die haast?’ hoorde ze een stem achter haar roepen toen ze door de gang heen rende. Jacky stopte en draaide zich om. Met haar hand strak om haar tas geklemd keek ze recht in het rimpelige grauwe gezicht van Michels. ‘Niet dat het u wat aangaat,’ antwoordde Jacky bits. ‘Maar ik heb hoge nood,’ verzon ze ter plekke. Michels keek haar doordringend aan. ‘Hmm,’ mompelde hij. ‘Ook dan is het verboden om te rennen door de gangen,’ antwoordde hij.
Jacky keek Michels strak aan, maar wist dat het geen zin had om de discussie aan te gaan. Daarnaast had ze haast en dit hield haar op. Ze knikte naar hem alsof ze het begrepen had. ‘Wat heb je in je tas?’ vroeg hij haar wijzend op de vastgeklemde tas die ze zo stevig tegen zich aanhield. ‘Mijn tas?’ Jacky voelde haar gezicht kleuren en probeerde zo normaal mogelijk te doen. ‘In mijn tas zit iets wat ik nodig heb voor de hoge nood. Dus als u zo vriendelijk wilt zijn en mij naar het toilet laat gaan, dan zal ik niet in verdere details treden.’ Jacky glimlachte bij deze opmerking en zag dat Michels zich wat ongemakkelijk begon te voelen. ‘Ga maar, maar laat ik je niet nog een keer zien rennen - dit is al de tweede keer dat ik jou daarop moet aanspreken. De derde keer ben ik minder vriendelijk - begrepen?’
Jacky knikte en liep met een rustige pas de hoek om. ‘Vriendelijk? m’n neus!’
Ze zette weer een stapje bij toen ze doorhad dat Michels niet achter haar aankwam. Vanaf de trappen van Zweinstein hoorde je de muziek van het bal al dreunen. Overal liepen leerlingen. Sommige zaten op de trappen te praten met elkaar, andere hingen bij de ingang van de Grote Hal. Jacky beende zich een weg door de massa en hield haar handen stevig om haar tas. Met grote passen liep ze de binnenplaats op. Ze hoorde de klok al tien uur slaan en versnelde haar pas. Op een verliefd stelletje na op de rand van de fontein was er niemand verder te zien buiten. De binnenplaats was rond aangelegd. Met in het midden een grote fontein. Daaromheen stonden stenen banken en beelden van historische figuren. De binnenplaats was voorzien van grote groene struiken en bomen die perfect waren om even in de schaduw te kunnen zitten op een hete zomerdag. Het grasveld - waar de leerlingen in de pauzes neerplofte - was nu kletsnat door de sproeiers die aanstonden. Het had al in dagen niet geregend - je hoorde de natuur bijna roepen om water.
Ondanks dat de binnenplaats rond was aangelegd was in het midden tegenover de uitgang van school een grote stenen poort. Jacky liep de poort onderdoor en wachtte links een stukje verderop onder een grote eikenboom. ‘Tante Emma kan hier elk moment zijn,’ dacht ze. Het was donker, maar niet echt koud meer. De afgelopen dagen was het bijzonder mooi en warm weer geweest - dat merkte je ‘s avonds ook. Toch had Jacky de kriebels. Deed ze hier wel goed aan? Na al die weken kreeg ze juist nu twijfels. Ze had Belle nauwlettend in de gaten gehouden en had behalve die ene keer bij haar moeder in de winkel, niets vreemds aan haar gemerkt. Ze moest zelfs toegeven dat ze best oké was. Snel schudde ze die gedachte van haar af. Wie kon ze nu meer vertrouwen? Haar tante of een nieuwe leerling die ook nog eens van Detta bleek te zijn. ‘Focussen Jack,’ zei ze tegen zichzelf. ‘Je hebt een doel gekregen en die ga je afmaken.’ Ze draaide zich om toen ze voetstappen dichterbij hoorde komen. ‘Tante Emma?’ fluisterde ze het donker in. ‘Ben jij het?’ Geen gehoor. Jacky liep langs de eikenboom en keek het pad af wat naar beneden liep richting het Zwerkbalveld. ‘Jacky!’ .. met een ruk draaide ze zich terug om en zag haar tweelingbroertje samen met Belle verward naar haar staan kijken. ‘Wat ben je hier aan het doen? - je mag de binnenplaats helemaal niet af,’ vroeg hij en spreidde zijn handen voor uitleg. ‘Liam! rot op!’ sneerde ze hem toe, maar voelde zich vreselijk betrapt. Haar tante kon elk moment komen en ze was niet van plan om dit door uitgerekend hun te laten verzieken. ‘Wat is er toch met jou aan de hand de laatste tijd - je bent jezelf niet meer.’ Liam keek haar met teleurstelling aan. ‘Vroeger vertelde je mij altijd alles - en nu stoot je me af.’
Jacky voelde een lichte steek door haar hart gaan. Haar vervelende, maar lieve broertje. Altijd waren ze samen geweest, toen de sorteerhoed de tweeling in Ravenklauw plaatste konden ze hun geluk niet op. Zelfs hier op school waren ze onafscheidelijk. Even liet ze haar omhoog getrokken muur zakken, maar al snel trok ze deze weer terug omhoog. ‘De dag dat zij op school kwam - was JIJ degene die veranderde.’ kaatste Jacky terug terwijl ze haar vinger uitstak naar Belle. Liam keek Jacky woedend aan. ‘Laat haar erbuiten! - Je hebt haar niet eens de kans gegeven om haar te leren kennen! Wat is eigenlijk jouw probleem met Belle?’ schreeuwde Liam haar toe.
‘Dat kan ik haarfijn uitleggen.’ hoorde het drietal vanuit het donker onder de boom. Liam schrok op. ‘Wie is daar?’ Uit het donker stapte een slanke vrouw. De berge kraag van haar jas stond zoals altijd rechtop en haar blonde haren waren weer in een strakke paardenstaart gebonden achterop haar hoofd. Ze keek doordringend terwijl ze het drietal begroette. ‘Goedenavond - wat een gezelligheid hier,’ zei Emma en stapte het licht van de binnenplaats muren in. De mond van Liam zakte open van verbazing en hij keek verbijsterd Jacky aan. Belle zag zijn gezicht vertrekken. ‘Wat is er Liam? Wie is die vrouw?’ vroeg ze en trok aan zijn arm. ‘Sorry, ik zal me even netjes voorstellen,’ beantwoordde Emma indirect de vraag van Belle. ‘Ik ben Emma Olivander - hun tante. Jij bent Belle van Detta is het niet?’ Ze keek Belle aan. Haar mond was gevormd in een glimlach, maar uit haar ogen kon Belle opmaken dat ze niet blij was. Belle knikte.
‘Wacht,’ riep Liam. ‘Wat is dit allemaal? - Tante Emma? ik begrijp hier helemaal niks van.’ Hij keek zijn tante met grote ogen aan en vervolgens zijn zus. ‘Jij wist dit Jacky? Heb je het aan mama verteld? Wat gebeurd hier allemaal?’ hij haalde zijn handen door zijn krullen heen en zette een stap naar achteren. ‘Ik snap dat je hiervan schrikt,’ zei Emma. ‘Het was ook niet de bedoeling dat jij hier getuige van zou zijn - maar het lot heeft het blijkbaar zo gewild.’
‘Mag ik vragen hoe u weet wie ik ben?’ vroeg Belle dit keer een stuk zelfverzekerder.
Liam schrok wakker uit zijn verwardheid en leek even vergeten te zijn waar dit gesprek overging.
Hij rechtte zijn rug. ‘Ja, dat vraag ik mij nu ook af tante. Jij kon ons toch haarfijn uitleggen wat Jacky haar probleem was met Belle?’ Liam keek haar vragend aan. ‘Lieve lieve Liam,’ zei Emma en schudde haar hoofd. ‘Ik kan je vertellen dat die meid naast jou een verrader is.
Ze doet alsof ze je vriendin is, maar ondertussen is door haar vader gestuurd om onrust te zaaien hier op Zweinstein.’ Emma keek haar neefje beteuterd aan. ‘Ik wil je niet kwetsen, maar iemand moet je de waarheid vertellen. Ik denk dat het beter voor je is als je terug gaat naar het bal en mij dit even laat oplossen.’
Liam zijn gezicht verstarde. Hij draaide zich om naar Belle en zag de pijn in haar gezicht. De verbazing wat hij zojuist had gehad sloeg om in woede. Woede om het onrecht wat zijn vriendin steeds moest doorstaan. Woede om zijn vermiste tante die hier doodleuk na drie jaar voor zijn neus stond. Woede om zijn zus, die dit blijkbaar al wist en het voor zich had gehouden. ‘Jij bent echt knettergek!’ sneerde hij zijn tante toe. ‘Wat denk jij nou werkelijk? Dat je hier na drie jaar zomaar kan komen opduiken en mij de les kan gaan lezen?’ Zijn ogen spuwde vuur en zijn gezicht was vuurrood. ‘Weet je hoe verdrietig je mama hebt gemaakt de afgelopen jaren? Je piept er tussenuit en nu kom je Belle afkraken. Je weet niet waar je het over hebt!’ Belle pakte Liam zijn arm vast. ‘Het is al goed Liam.’ Hij keek haar fel aan. ‘Hoe bedoel je - het is al goed? Het is helemaal niet goed!’
Emma had niet verwacht dat Liam zo zou reageren en was deels onder de indruk van zijn temperament. ‘Het was niet de bedoeling dat jij hierbij betrokken zou worden Liam, ik had met je zus afgesproken vanavond. Ik begrijp dat je in de war bent en niet helder kan nadenken, maar je moet me geloven,’ probeerde Emma nogmaals. ’Belle is gestuurd om de Vindicta te zoeken en terug te brengen naar haar vader.’ Even wankelde Liam. Hij keek Belle aan, maar die vertrok geen spier. Haar gezicht stond strak en haar ogen leken recht door hem heen te kijken. ‘Belle?’ vroeg Liam wat aarzelend. ‘Is het waar wat zij zegt?’ vroeg hij haar. ‘Geloof wat je wilt Liam, alleen ik weet de waarheid. Ik weet werkelijk niet wie die vrouw is en wat ze voor leugens zij ophangt, maar ik heb in geen jaren mijn vader gezien - laat staan gesproken.’ zei ze serieus.
Vanaf een afstand stond Jacky het schouwspel aan te horen. Waar was ze in terecht gekomen? Een vete tussen haar bloedeigen broer en haar vermiste tante. Het duizelde haar. Emma draaide zich naar haar om. ‘Voordat dit verder uit de hand loopt, heb je het mee gebracht?’ vroeg Emma dwingend aan Jacky. Emma draaide haar hoofd rond alsof haar nek vast zat. ‘We moeten niet langer treuzelen, je weet wat er op het spel staat Jacky,’ zei Emma en probeerde rustig over te komen, maar Jacky merkte haar ongeduld op. ‘Ja ik heb het bij me,’ ze twijfelde even en deed daarna toch haar tas open. Emma haar ogen werden groot bij het aanzien van de legendarische toverstok. Ongeduldig stak ze haar hand uit. ‘Kom op, geef maar lieverd.’ Jacky haalde de Vindicta uit haar tas en hield deze stevig vast.
‘Wat gebeurd hier allemaal?’ Peggy en Marcus kwamen gehaast aangelopen vanaf de binnenplaats. Jacky schrok bij het zien van haar ouders en verstopte de toverstok achter haar rug. Peggy bleef abrupt stilstaan bij het weerzien van haar jongere zusje. ‘Emma?’ zei ze zacht. ‘Het is niet waar? Zeg me dat ik droom?’
Emma wist niet meer waar ze het zoeken moest en draaide nogmaals met haar hoofd. Ze wreef met haar handen over haar slapen en negeerde haar zus. ‘Jacky, geef de stok aan mij!’ Jacky stapte naar achteren. ‘Kan iemand mij vertellen wat hier aan de hand is?’ vroeg Marcus oprecht verbaasd. ‘Emma? ik kan het niet geloven - ben jij het echt?’ vroeg hij haar. ‘Ja ja ja, ik ben het echt! Ik heb geen tijd om het allemaal uit te leggen. Jacky geef me de Vindicta NU!’ haar ogen boorde dwars door Jacky heen en ze stapte naar voren. ‘Nee!’ antwoordde Jacky dit keer en wende zich af van haar tante. Emma greep haar nichtje bij haar arm en duwde haar tegen de muur aan. ‘Hé laat dat!’ Marcus trok zijn toverstok als eerste en al snel volgde ook Peggy. ‘Laat haar los Emma!’ sprak Peggy haar zusje streng toe. ‘Peggy Peggy Peggy, altijd de brutaalste. Altijd de vrouw die denkt dat ze meer is omdat ze een Olivander is.’ zei Emma. Peggy keek haar zusje fronsend aan. ‘Een Olivander ja - net als jij … toch Emma?’
Emma leek even van haar stuk gebracht door haar eigen opmerking, maar herpakte zich snel. Ze greep Jacky om haar schouders en draaide haar met een ruk om naar Peggy en Marcus. Haar arm zat om Jacky haar nek geklemd en met haar andere hand trok ze de Vindicta uit Jacky haar handen. ‘Dit had ik allemaal niet voorspelt,’ zei Emma. ‘Ik kwam hier om jullie te verdedigen tegen dát monster achter jullie!’ Ze wees met de machtige toverstok richting Belle. ‘Blijkbaar willen jullie mij niet geloven, dus er zit niets anders op.’ Ze plaatste de stok onder Jacky haar kin. ‘Willen jullie nu luisteren?’ beval ze. ‘Emma, waar ben je mee bezig? Laat je stok zakken en praat tegen ons. Laat Jacky gaan,’ smeekte Peggy. ‘Als je haar ook maar met met één vinger aanraakt.. dan,’ riep Marcus kwaad, maar Emma viel hem in de reden. ‘Wat dan Marcus? Heb je gezien wat ik in mijn handen heb? Jullie kunnen helemaal niets meer tegen mij beginnen!’ Emma lachte hardop. ‘Als jullie niet luisteren willen, moeten jullie maar voelen!’ “FLIPENDO” de spreuk vloog op Belle af, maar Marcus sprong ervoor. Met een vaart vloog hij naar achteren en belandde bewusteloos op de grond. De kracht van de Vindicta was zo sterk dat hij hem niet kon weren. ‘MARCUS!’ riep Peggy hem toe, maar ze draaide zich daarna weer vliegensvlug om naar Emma. “EXPELLIARMUS" een grote witte straal schoot vanaf Peggy richting Emma. Deze werd direct afgeweerd “FINITE!”
‘Peggy, waarom bescherm je haar! Het is een van Detta, waarom geloof je mij niet?’ vroeg Emma. Ze duwde Jacky aan de kant en rolde haar hoofd weer rond. Peggy keek haar zusje aan. ‘Wat is er Emma? heb je pijn in je nek?’ vroeg Peggy argwanend. ‘Maak je maar geen zorgen om mij Peg, je kan je beter zorgen maken om jezelf.’ Op dat moment schoot er een rode vonk naar Emma toe. “RIVELIO” de spreuk raakte Emma. Met haar gezicht naar beneden kwam ze op de grond terecht en bleef daar roerloos liggen. ‘Gaat het met jullie?’ vroeg Peggy ongerust. ‘Hoe is het met papa?’ ze keek richting Marcus die nog steeds op de grond lag. Belle stond stokstijf stil met Liam vlak naast haar - beide knikte beduusd. Ook Jacky was inmiddels bij hun gaan staan. ‘Bescherm jezelf!’ schreeuwde Peggy tegen de kinderen. Peggy rechtte haar rug en stapte resoluut op Emma af die nog steeds op de grond lag. ‘Laat jezelf zien!’ beveelde Peggy haar. Met haar toverstok als wapen opgericht stond ze vlakbij Emma. “FLIPENDO” klonk het nogmaals en met een vaart vloog dit keer Peggy naar achteren. Ze krabbelde overeind en keek in het gezicht van haar beste vriendin. ‘Lucy?’ daar waar eerst haar zusje lag, stond nu haar beste vriendin. In dezelfde berge jas en blonde paardenstaart. De Rivelio spreuk had haar ware aard getoond. ‘Doe maar niet zo verbaasd,’ zei Lucy. ‘Je wist best dat ik Emma niet was - waarom zou je anders de Rivelio spreuk op mij afvuren?’ Lucy keek haar vriendin woest aan. De toverstok nog steeds stevig in haar grip. ‘Waarom?’ vroeg Peggy en keek haar gebroken aan.
‘Waarom?’ lachte Lucy. ‘Omdat jij altijd alles hebt - ALLES! De roem van een Olivander, een perfect gezin, jemig door jou ben ik zelfs MIJN grote liefde kwijt! - Maar nu heb ik de machtigste toverstok. Jij bent niets meer! Ik pak alles van je af.. hoor je me? ALLES!’
“MOMENTUM TOTALIS” Met een zwaai vuurde Lucy de spreuk af richting de drie kinderen. Peggy had geen tijd om na te denken en probeerde hem af te weren. “PROTEGO MAXIMA”
Vanuit alle kanten vlogen er gekleurde vonken in de lucht. Peggy deed haar uiterste best om de schildspreuk te behouden, maar de Vindicta was te sterk. Ze draaide zich om naar de kinderen, maar voelde een schok toen ze Belle niet meer zag staan. ‘Ik hou het niet meer jongens! Vlucht!’ schreeuwde ze haar kinderen toe. Liam en Jacky zaten inmiddels bij hun vader op de grond. ‘We laten je niet alleen!’ riep Liam terug. ‘Ga hulp halen Jacky!’ beval Liam zijn zus. ‘Maar maar,’ stotterde Jacky. ‘SCHIET OP!’ schreeuwde Liam. Jacky stond op en rende terug richting school.
Peggy voelde haar kracht afzwakken, de Vindicta was te sterk. De eerste scheuren in de schildspreuk waren al zichtbaar. Ze keek naar Lucy die moeiteloos stond te wachten tot de schildspreuk brak. Vlak voordat dit gebeurde zag Peggy een beweging achter Lucy. Met een grote flits brak de schild in duizenden stukjes. ‘Hahaha!’ lachte Lucy hard. ‘Het was me een waar genoegen Peggy.’ Lucy keek haar verslagen vriendin aan. ‘AVADA…’ begon ze, maar werd volkomen verrast door felle lichtflits vanaf de zijkant. “EXPELLIARMUS” de Vindicta vloog ruw uit Lucy haar hand en belandde tegen de vlakte. Belle stapte naar voren. Haar toverstok nog steeds gericht op Lucy. “DETETIO” uit haar toverstok vlogen touwen en vliegensvlug bonden die Lucy vast. ‘NEEEE!’ schreeuwde Lucy het uit en viel ten val.
Snel rende Belle naar de Vindicta en keek er even naar. De stok was donker gekleurd en aan het uiteinde was hij gevlochten. Ze bukte en pakte de stok op - hij was zwaar in de hand. Ze leek even niet meer op deze wereld te zijn - betoverd door de Vindicta. ‘Belle? - Belle gaat het goed?’ hoorde ze een vrouwenstem ver weg vragen. Ze wilde niet luisteren, de stok was veel belangrijker. Nog even een moment samen met de stok - gewoon samen. Ze werd ruw wakker geschud. ‘Belle!’ Peggy schudde aan Belle haar schouders. ‘Kijk me aan Belle,’ riep ze. Belle keek omhoog en zag het bezorgde gezicht van Peggy. ‘Geef hem maar aan mij lieverd, het is goed - echt!’ Peggy stak haar hand uit en glimlachte. Belle gaf met lichte tegenzin de zware toverstok over aan Peggy. In een zucht voelde ze zich lichter worden. ‘Wat gebeurde er?’ vroeg Belle beduusd. ‘De Vindicta is erg krachtig - Hij staat erom bekend dat vele tovenaars en heksen vreselijke dingen hebben gedaan door de hebzucht van de stok. Na de Zegevlier is de Vindicta de meest krachtige toverstok,’ zei Peggy. ‘Maar nu is het voorbij oké. Het is voorbij.’ Peggy sloeg een arm om Belle heen.
- De Personages in mijn verhaal zijn fictief.
Mijn verhaal en haar spelers komen voort uit de fantasie in mijn hoofd en spelen af in het Universum van J.K. Rowling.
Pure fanfictie.
Bedankt voor het lezen lieve allemaal.
Liefs Suus
Reactie plaatsen
Reacties